« vers-18 »
قَالَ هِيَ عَصَايَ أَتَوَكَّأُ عَلَيْهَا وَأَهُشُّ بِهَا عَلَى غَنَمِي وَلِيَ فِيهَا مَآرِبُ أُخْرَى
Nederlandse Transliteration: Qala hiya AAasaya atawakkao AAalayha waahushshu biha AAala ghanamee waliya feeha maaribu okhra
Hij (Môesa) zei: "Dat is mijn staf, waarop ik leun en warmee ik bladeren afsla voor mijn schapen en die ik ook voor andere doelen gebruik."