« Ar-Ra'd »
« vers-36 »
وَالَّذِينَ آتَيْنَاهُمُ الْكِتَابَ يَفْرَحُونَ بِمَا أُنزِلَ إِلَيْكَ وَمِنَ الأَحْزَابِ مَن يُنكِرُ بَعْضَهُ قُلْ إِنَّمَا أُمِرْتُ أَنْ أَعْبُدَ اللّهَ وَلا أُشْرِكَ بِهِ إِلَيْهِ أَدْعُو وَإِلَيْهِ مَآبِ
Nederlandse Transliteration: Waallatheena ataynahumu alkitaba yafrahoona bima onzila ilayka wamina al-ahzabi man yunkiru baAAdahu qul innama omirtu an aAAbuda Allaha wala oshrika bihi ilayhi adAAoo wa-ilayhi maabi
Degenen aan wie Wij de Schrift hebben gegeven, verheugden zich over wat aan jou (O Moehammad) is neergezonden. Onder de bondgenoten zijn er die een gedeelte ervan ontkennen. Zeg: "Het is mij bevolen om alleen Allah te aanbidden en ik ken Hem geen deelgenoten toe. Alleen Hem roep ik aan, en tot Hem is mijn terugkeer.