« vers-5 »
قَالَ يَا بُنَيَّ لاَ تَقْصُصْ رُؤْيَاكَ عَلَى إِخْوَتِكَ فَيَكِيدُواْ لَكَ كَيْدًا إِنَّ الشَّيْطَانَ لِلإِنسَانِ عَدُوٌّ مُّبِينٌ
Nederlandse Transliteration: Qala ya bunayya la taqsus ru/yaka AAala ikhwatika fayakeedoo laka kaydan inna alshshaytana lil-insani AAaduwwun mubeenun
Hij zei: "O mijn zoon, vertel jouw droom niet aan jouw broeders, anders zullen zij tegen jou een plan beramen. Voorwaar, de Satan is voor de mens een duidelijke vijand."