43/Az-Zukhruf-34: En voor hun huizen (zilveren) deuren en rustbanken waarop zij zich neervleien.
43/Az-Zukhruf-35: En (gouden) versieringen. En dat alles is slechts een vergankelijke genieting van het aardse leven, mar het Hiernamaals is bij jouw Heer voor de Moettaqôen.
43/Az-Zukhruf-36: Ein wie nalating is in het gedenken van de Erbarmer; voor hem zullen Wij een Satan aanstellen en die zal een metgezel voor hem zijn.
43/Az-Zukhruf-37: En voorwaar, zij zullen hen zeker afhouden van de Weg en zij denken dat zij rechtgeleid zijn.
43/Az-Zukhruf-38: Totdat, wanneer hij tot Ons komt, hij (tot zijn metgezel) zegt: "O wee, was de afstand tussen mij en jou maar als die tussen de zonsopgang en de zonsondergang, (jij bent) de slechtste metgezel."
43/Az-Zukhruf-39: Maar het zal jullie op die Dag niet baten, wanneer jullie onrecht pleegden, dat jullie in de bestraffing bijelkaar zijn.
43/Az-Zukhruf-40: Kan jij dan de dove doen horen, of de blinde (van hart) leiden, of hij die in duidelijke dwaling verkeert?
43/Az-Zukhruf-41: Als Wij jou dan wegnemen (vóórdat Wij hen bestraffen), dan zullen Wij hen zeker bestraffen.
43/Az-Zukhruf-42: Of Wij laten jou zien, wat Wij hun hebben aangezegd: voorwaar, Wij zijn Machthebbers over hen.
43/Az-Zukhruf-43: Houd je daarom vast aan wat aan jou is geopenbaard. Voorwaar, jij bevindt je op het rechte Pad.
43/Az-Zukhruf-44: En voorwaar, hij (de Koran) is een eer voor jou en jouw volk. En zij zullen worden ondervraagd.
43/Az-Zukhruf-45: En vraag aan wie Wij vóór jou hebben gezonden van Onze Boodschappers: "Hebben Wij naast de Erbarmer goden gemada om te aanbidden?"
43/Az-Zukhruf-46: En voorzeker, Wij hebben Môesa met Onze Tekenen naar Fir'aun en zijn vooraanstaanden gezonden, en hij zei toen: "Voorwaar, ik ben een Boodschapper van de Heer der Werelden."